Jan was een keer bij ons in de grote stad Enschede.
We zaten 's-zaterdagsmiddags gezellig een biertje te drinken en de twee dochters van huize Nicole kenden Jan al wel een beetje.
De dochters, een jaar of twaalf dertien toen, begonnen melig als ze waren Jan er een beetje door te halen.
"Waarom heb ie van die grote klomp'n aaaan dan?"
"Waarom heb ie zo'n raaaar Tieeeshuuurt aaaan dan?"
"Kijk dan, hij heeft zijn bier alweer op."
En ondertussen hadden ze de grootste lol.
Jan keek ze een keer aan, "Stelletje Bosjesvrouwen!" donderde het door de woonkamer.
De gezusters kwamen helemaal niet meer bij, "Bosjesvrouwen, hoezo dat dan?", gierden ze het uit.
"Joa, Takkewijven klinkt zo onvriendelijk"
Door: Jan-Willem Dollekamp
|